
Workshop Studenten
Hoe beoordeel je een film voor educatie?
De studenten bekijken vandaag in het kader van InScience een tweetal korte films. Deze korte films zijn voorgaande jaren opgenomen in het educatieprogramma, maar voor verschillende doelgroepen. Tijdens de workshop zal er per film met de studenten besproken worden voor welke doelgroep de film geschikt is en waarom. Ook wordt er besproken waar ze op moeten letten tijdens het bekijken van de film. De grootste uitdaging ligt hier in het verplaatsten van jezelf naar de belevingswereld van het kind. Probeer de context die je zelf bezit, alle kennis over het onderwerp, los te laten en probeer op deze manier te beoordelen of de film geschikt is voor educatie.
Waar kun je op letten tijdens het kijken van de film?
/ Wat zie ik allemaal? Wat gebeurd er op het scherm? Gebeuren er spannende dingen, of zijn het juist grappige dingen?
/ Ondersteunen de getoonde beelden de gebeurtenis of spreken de beelden dit juist tegen? Let hierbij ook op bijvoorbeeld kleurgebruik, achtergrondmuziek etc.
/ Hoe speelt het tempo van de film in op de getoonde gebeurtenissen? Vliegt de film van gebeurtenis naar gebeurtenis? Of wordt er bijvoorbeeld stil gestaan bij bepaalde dingen?
/ Wie zijn de personages in de film? Zijn dit personages waar een kind zich mee kan identificeren, zijn er bijvoorbeeld kinderen? Zijn het juist hele uitgesproken personages, die makkelijk te snappen zijn voor kinderen? Of ligt hun ware identiteit wat meer verborgen?
/ Wat is de gesproken taal in de film? Hoe is het taalgebruik? Worden er veel moeilijke woorden gebruikt, of blijft het redelijk simpel?
/ Hoe lang is de film? Zouden kinderen of jongeren de concentratieboog hebben om deze film te kijken?
/ Kun je nu al momenten in de film ontdekken waar ‘hevig’ op kan worden gereageerd? Zijn er bijvoorbeeld spannende stukjes, of juist hele grappige, verdrietige of romantische stukjes?
/ Wat voor wetenschapper zou je uitnodigen bij de filmvertoning? En waar zou de wetenschapper het met de leerlingen over kunnen hebben? Waar kan de wetenschapper de leerlingen prikkelen?